Haakpatroon – Vogeltjesversiering
Deze schattige versiering, in de vorm van een vogeltje, is ontworpen en gefotografeerd door Lucy van Attic24. Ik geef hier slechts een vertaling. Uiteraard is eerst toestemming aan de ontwerpster gevraagd voordat tot vertaling is overgegaan. Veel haakplezier met dit vrolijke vogeltje!
Dit is het patroon voor een hangende vogelversiering. Een compleet zinloos projectje, maar wel heel schattig. Het is makkelijk om te maken en je kunt er prima je restjes mee ophaken.
Dit kleine vogeltje bestaat uit tenminste vier delen: een ronde platte cirkel voor het lijf, een kleine driehoek voor de bek en 2 vleugeltjes. Je maakt ook een lus om het aan op te hangen, die je kunt versieren met bloemetjes als je wilt en je kunt nog bengelende beentjes toevoegen.
Je maakt eerst het ronde lijf. Ik heb de mijne gehaakt in halfstokjes.
Ik heb 7 toeren gehaakt met DK garen en een 4 mm haaknaald. Het rondje meet dan ongeveer 13 centimeter diameter. Voor een kleiner vogeltje kun je gewoon minder toeren haken.
Om deze platte cirkel te haken:
Toer 1: magische ring, 2 lossen, 10 halfstokjes in de ring. Halve vaste in tweede beginlosse, trek ring dicht.
Toer 2: 2 lossen, halfstokje in dezelfde steek. 2 halfstokjes in elke steek rondom. Halve vaste in tweede beginlosse om toer te sluiten.
Toer 3: 2 lossen, 2 halfstokjes in volgende steek. *1 halfstokje in volgende steek, 2 halfstokjes in volgende steek* herhaal rondom. Halve vaste in tweede beginlosse om toer te sluiten.
Toer 4: 2 lossen, halfstokje in volgende steek. *2 halfstokjes in volgende steek, halfstokje in volgende 2 steken*. Herhaal rondom. Halve vaste in tweede beginlosse om toer te sluiten.
Toer 5: 2 lossen, halfstokje in volgende 2 steken. *2 halfstokjes in volgende steek, halfstokje in volgende 3 steken.* Herhaal rondom. Halve vaste in tweede beginlosse om toer te sluiten.
Toer 6: 2 lossen, halfstokje in volgende 3 steken. *2 halfstokjes in volgende steek, halfstokje in volgende 4 steken*. Herhaal rondom. Halve vaste in tweede beginlosse om toer te sluiten.
Toer 7: 2 lossen, halfstokje in volgende 4 steken. *2 halfstokjes in volgende steek, halfstokje in volgende 5 steken.* Herhaal rondom. Halve vaste in tweede beginlosse om toer te sluiten.
Nu maak je de SNAVEL
5 lossen.
Toer 1: Begin in de tweede losse vanaf de naald, 1 vaste in elke losse (4 vasten totaal, zie foto boven). 1 losse, keer om.
Toer 2: 2samengehaaktevasten in eerste twee steken, 2samengehaaktevasten in laatste twee steken.
Na toer 2 heb je nog maar 2 steken over.
1 losse, keer om.
Toer 3: 2samengehaaktevasten in de laatste twee steken. Hecht af, laat een lange draad over om het snaveltje straks vast te naaien.
Vouw het bekje dubbel en naai de zijkant dicht, begin bij het puntige einde en werk naar beneden.
Je hebt nu een klein snaveltje! Hecht nog niet af, maar gebruik de overgebleven draad om de snavel aan het lijf te zetten…
Vouw je cirkel dubbel (verkeerde kanten tegen elkaar) om het vogellijfje te maken en zet de snavel er goed tegenaan voor je vastnaait.
Maak nu de snavel vast, maar zorg dat je niet de andere kant vastnaait.
Maak nu vleugels
9 lossen om te beginnen.
Toer 1: begin in de tweede losse vanaf de naald: vaste, halfstokje, halfstokje, stokje, stokje, halfstokje, halfstokje, vaste (zie foto boven)
1 losse, keer om.
Toer 2: begin in de tweede losse vanaf de naald, haak de volgende steken…
vaste, halfstokje, halfstokje, stokje, stokje, halfstokje, halfstokje, vaste (zie foto boven).
1 losse, keer niet om.
Om de vorm af te maken, keer je ‘m zo dat de lossenketting bovenaan ligt. Je werkt nu in die lossen. Haak in de buitenste lus van elke losse een vaste (zie foto boven).
Als je aan het einde komt van de lossenketting, haak dan nog een paar vasten zodat het eruit ziet als een mooi vleugeltje.
Hecht af, laat een lange draad over om de vleugel vast te kunnen naaien.
Leg de vleugel zo neer als je ‘m hebben wilt en naai dan de vleugel vast.
Maak nog een vleugel en zet die aan de andere kant vast. Kijk op bovenstaande foto voor het idee.
Kies wat knoopjes voor de ogen en zet die op de goede plaats vast.
Het lusje is gewoon een lossenketting (ik denk dat de mijne ongeveer 38 lossen was), die je zo lang kunt maken als je zelf wilt. Zorg dat je een lange staart overhoudt voor het vastnaaien van het lusje aan het vogeltje. Trek allebei de draadjes van de lossenketting door het middelste rondje van het vogeltje heen (zie foto boven).
Keer het werk dan naar de verkeerde kant en maak de eindjes aan de binnenkant van de vogel goed vast.
Nu wilde ik graag twee minibloempjes toevoegen aan het hanglusje.
Bloemetjes
Het materiaal waarmee je het bloemetje haakt heeft invloed op het formaat van het bloemetje.
Helemaal links: Rowan DK katoen, met haaknaald 4. In het midden hetzelfde garen maar met haaknaald 3,5. Rechts Rowan DK wol met 3,5 mm. Groot verschil he? Ik pak liever een kleinere haaknaald dan gebruikelijk, zodat de bloemetjes strakker zijn (zoals de middelste).
Materiaal gekozen? Klaar? Daar gaan we!
4 lossen, halve vaste in eerste losse om ring te vormen.
Toer 1:
2 lossen, 9 vasten in ring. Halve vaste in tweede beginlosse (zie foto boven).
Toer 2:
*2 lossen, (1 stokje, 1 halfstokje) in volgende steek, halve vaste in volgende steek.
Herhaal van * tot * 4 keer, eindig met een halve vaste. Hecht af.
Elk blaadje gebruikt dus 2 steken, (1 voor het halfstokje en stokje, 1 voor de halve vaste).
Je ziet dat er twee steken over zijn in bovenstaande foto.
BLAADJES ::
6 lossen
Toer 1: begin in tweede losse vanaf de naald, 1 vaste, 1 halfstokje, 1 stokje, 1 halfstokje, 1 vaste.
1 losse, keer om.
Toer 2: begin in tweede vaste vanaf de naald, 1 vaste, 1 halfstokje, 1 stokje, 1 halfstokje, 1 vaste.
Hecht af, gebruik een stopnaald om de eindjes netjes weg te werken door het midden van de blaadjes heen.
Naai de bloemetjes (en eventueel blaadjes) vast aan de hanglus van je vogeltje.
De beentjes kun je maken, hoeft niet, maar ze maken t vogeltje wel grappig.
Maak één lange ketting, zo lang of kort als je wilt. De mijne waren denk ik 28 lossen. Voeg er kraaltjes of knoopjes aan toe aan het einde. Haak het middenpunt vast aan het lijfje van de vogel, zorg dat je ze op het goede punt vastzet.
Nu het laatste stukje werk nog: stop het vogeltje vol met een beetje vulling, niet teveel, want dan is ie bol en bungelt ie niet mooi. Naai het vogeltje dicht met mooie bovenhandste steekjes (zie foto boven).
Zorg dat je door de beentjes heen naait om ze vast te zetten.
Dat was ’t! Leuk he?
……Ta-dah!!!!!!!!!!
Je kunt ook een roodborstje maken, dan laat je de vleugeltjes weg. Je haakt dan de eerste drie toeren van de cirkel nog een keer, in ’t rood en naait die vast, precies zoals je de vleugeltjes normaal zou vastzetten, maar dat doe je pas aan het eind, als het vogeltje al vol zit en dicht is.
De kleuren en de variatie zorgen voor eindeloos veel verschillende vogeltjes.
Je kunt er lavendel of kaneel indoen om ze lekker te laten ruiken.
Attic24 Haakpatronen
Creatieve, enthousiaste en lieve Iris van Meer is het gezicht achter Een Mooi Gebaar en vertaalt, ontwerpt en deelt meer dan duizend haakpatronen met jullie op dit stukje internet.
Mijn verhaal, over hoe ik van onhandige knutselaar toch nog creatieve ondernemer ben geworden, lees je hier: Mijn Verhaal
Als je contact met Iris wil opnemen, ga je naar de contactpagina