Tenminste één keer per jaar vind ik heerlijk dik knuffelig bulky of super bulky gewicht garen in de aanbieding – meestal in de zomer. Het super zachte en extra dikke garen betovert me altijd als ik mijn vingers erdoor heen laat gaan en ik koop er uiteindelijk altijd een boel van! Dat was afgelopen zomer ook zo, toen ik thuis kwam met een berg garen die ik moest verstoppen tot het weer koud genoeg zou worden om het aan te willen raken.
Deze garens zijn niet alleen verslavend om te aaien – een flinke stapel super bulky gewicht garen kan bovendien heel snel in een mooi haakproject veranderd worden! Ik ben dol op mijn 11,5 mm haaknaald: een groot, vreemd, plastic ding die ik ooit bij een kringloop vond. We hebben al zoveel projecten gemaakt samen, ik en die haaknaald, inclusief het lekkere dikke winter accessoire haakpatroon dat ik vandaag met jullie wil delen!
Je kunt het gratis haakpatroon hier op de website lezen, of je kunt een handige advertentievrije PDF kopen, waarmee je ook Morale Fiber (de ontwerpster) en Een Mooi Gebaar (de vertaler, hi, ikke!) steunt bij het maken van onze kunst ❤ Klik op onderstaande knop om het patroon te kopen, of scroll verder voor de gratis instructies.
Ik wilde al heel lang zoiets maken, omdat ik het dikke garen wilde combineren met een dichte brei-achtige textuur, zodat het visueel aantrekkelijk maar toch eenvoudig bleef. Het haken in de derde lus van halfstokjes is daar heel geschikt voor. Je kunt deze ronde col voor allerlei praktische outfit gebruiken.
Ik heb ‘m de “Babushka” genoemd, omdat ik het woord prachtig vind en de betekenis ook. Babushka is een koosnaampje voor een oma. Vaak worden hoofddoeken ook gedragen door die grootmoeders. Babushka is geen hoofddoek, maar het is wel een hele warme laag die je kunt toevoegen aan winterse kleding in de koudste klimaten. Ik stel me zo voor dat je de Babushka aantrekt om de kippen te voeren of haardvuur hout te verzamelen, of gewoon om de koude lucht in een prachtig houten huisje uit je nek en schouders te houden.
Babushka Haakpatroon
Materialen Babushka Haakpatroon
- 11.5mm haaknaald
- Garen: Buttercream Luxe Craft Cozy (#6 Super Bulky, 80 meter / 200 g, 50% Superwash 50% Acryl)
– Gewone kap: 2 bollen (160 meter)
– Puntige kap: 3 bollen (240 meter)
– Poncho + capuchon: 6 bollen (480 meter)
– Alleen capuchon (80 meter)
- Steekmarkeerders
- Naainaald
- Schaar
Stekenverhouding
3 steken en 2 toeren is 5cm
Maatvoering Babushka Haakpatroon
Beschikbare maten:
– Gewone kap (alleen nekbedekking)
– Puntige kap (alleen nek en borst bedekking)
– Poncho en capuchon (nek, borst en rug bedekking)
Afgewerkte maten (plat liggend stuk gemeten):
– Borstomtrek (alles behalve kapje): 137 cm max
– Kap: 60cm, nekomtrek, 25cm lengte
– Puntige kap: 60cm nek, 60cm max lengte aan de voorkant
– Poncho: 60cm nek, 60cm max lengte aan de voorkant en rug
– Capuchon: 30cm lengte, 25cm diepte
Boven (van links naar rechts): Puntige kap met capuchon; volledige poncho met capuchon; puntige kap met capuchon. Onder (van links naar rechts): kap zonder capuchon, puntige kap zonder capuchon
Stekenuitleg
- Losse: sla de draad om en haal door de lus op de haaknaald.
- Halve vaste: steek de haaknaald in de aangegeven steek of ruimte, sla de draad om en haal meteen door de steek/ruimte én door de lus op de haaknaald heen.
- Halfstokje: Sla de draad om en steek de haaknaald in de aangegeven steek of ruimte, sla de draad om en haal een lusje op. Je hebt nu 3 lusjes op je haaknaald. Sla de draad om en haal door alle drie de lusjes.
- Stokje: Sla de draad om en steek de haaknaald in de aangegeven steek of ruimte, sla de draad om en haal een lusje op. Je hebt nu 3 lusjes op je haaknaald. (Sla de draad om en haal door twee lusjes) x 2
Speciale Steken
Halfstokje in de derde lus: Dit is een gewoon halfstokje die in de middelste lus van de achterkant van de steek eronder wordt gehaakt, in plaats van in het V-tje. Hierdoor krijg je meer reliëf in je werk. (Afbeelding 1). Om deze steek te haken, sla je eerst de draad om de naald, zoals met een gewoon halfstokje, daarna steek je de haaknaald in de middelste achterste lus van de steek hieronder. Je ziet op figuur 2 en 3 welk lusje het is. Dan haal je een lus op, sla de draad weer om de haaknaald en haal de lus door beide lussen op de naald.
Afbeelding 1
Afbeelding 2: lusjes waarin je haakt, van bovenaf
Afbeelding 3: lusjes waarin je haakt: van achterkant
Stokje in de derde lus: Stokje in de derde lus is een gewoon stokje die in de middelste lus van de achterkant van de steek hieronder wordt gehaakt, in plaats van in het V-je. Hierdoor krijg je meer reliëf in je werk. Om deze steek te haken, sla je eerste de draad om de naald, zoals met een gewoon stokje, daarna steek je de haaknaald in de middelste achterste lus van de steek hieronder. Je ziet op figuur 5 en 6 lusje het is. Dan haal je een lus op, sla de draad weer om de haaknaald en haal deze door twee lussen, sla nogmaals om en haal lus door resterende lussen op de haaknaald.
Afbeelding 4: Haken in derde lus vanaf de voorkant
Afbeelding 4: Haken in derde lus vanaf de achterkant, lusjes waar je in haakt gehighlight
Afbeelding 6: bovenkant aan de achterkant
2 lossen picotsteek: Een picot is een klein bobbeltje dat aan de bovenkant van de steek ontstaat door een lossenketting te maken en vervolgens een halve vaste terug te haken in de bovenkant van de laatste steek. Haak 2 lossen (Afbeelding 7). Steek de haaknaald diagonaal in de bovenste twee lussen aan de voorkant van de steek (Afbeelding 8), sla de draad om en haal een halve vaste (Afbeelding 9) Picot gehaakt! (Afbeelding 10)
Afbeelding 7
Afbeelding 8
Afbeelding 9
Afbeelding 10
Notities: Haak in doorlopende toeren. Plaats je steekmarkeerder in de eerste steek van elke toer. Lossenkettingen en picots tellen niet mee voor het aantal steken aan het einde van de toer.
Blij met dit gratis patroon?
Op deze website vind je meer dan 1000 gratis haakpatronen. Gun je mij in ruil voor dit haakpatroon een kopje koffie of een bolletje wol? Hartelijk bedankt! Dat kan via overboeking: (NL91 ASNB 0267 1916 50 tnv Een Mooi Gebaar), of doordat ik een kleine commissie krijg als je via deze links iets koopt bij Bol.com of Caro’s Atelier.
Dankzij jullie kan ik mijn creatieve dromen waarmaken. Hartelijk bedankt!
Instructies (Alle stijlen)
Haak 40 lossen, halve vaste in de eerste steek om de ring te sluiten. Zorg dat je werk niet gedraaid is. – fig 1.
Toer 1: 1 vaste in dezelfde steek als de halve vaste steek – fig. 2. Halfstokje in elke van de volgende 40 steken – fig. 3-4. Het laatste halfstokje haak je in de vaste – fig. 5. Plaats de steekmarkeerder in het laatste halfstokje om het einde van de toer te markeren. – [40]
Toer 2: Haak een halfstokje in de derde lus van elke steek rondom – fig. 6-7. – [40]
Toer 3: Herhaal toer 2 – fig 8.
Vanaf hier worden de kapjes verschillend gehaakt, afhankelijk van welke kapje je besluit te maken. Voor een korte kap zonder puntige zijkanten en met alleen nekbedekking, volg je de kapinstructies. Voor een kap met één punt aan de voorkant voor borstbedekking, volg je de puntige kapinstructies. Voor een volledig bedekkend stuk met punten aan de voorkant en achterkant, volg je de poncho-instructies.
Gewone Kap:
Toer 4: Haak een stokje in de derde lus in elke steek rondom [40]
Toer 5-8: Herhaal toer 4
Toer 9-10: Haak een halfstokje in de derde lus in elke steek rondom
Toer 11: Haak (halfstokje in de derde lus, een halfstokje in de derde lus gevolgd door een picot), herhaal dit rondom tot je 4 steken over hebt. (1 vaste in de volgende steek, 1 vaste met een picot in de volgende steek), herhaal nogmaals en haak een halve vaste in de volgende steek. Hecht af en werk de draad weg .
Puntige Kap:
Toer 4: Haak een halfstokje in de derde lus van de volgende 19 steken. In de volgende steek (V-tje) haak je (stokje, losse, stokje) (meerdering gemaakt) – fig 9. Haak een halfstokje in de derde lus in de volgende 20 steken – [41]
Toer 5: Haak een stokje in de derde lus in elk van de volgende 20 steken – fig. 11, tot je de lossenruimte bereikt. – fig. 12. Haak (2 stokjes, 1 losse, 2 stokjes) in de lossenruimte – fig. 13-14. Stokje in de derde lus in elk van de volgende 21 steken – [45]
Toer 6: Haak een halfstokje in de derde lus van de volgende 22 steken tot aan de lossenruimte van de vorige toer. Haak (stokje, losse, stokje) in de lossenruimte – fig 15. Haak een halfstokje in de derde lus van de volgende 23 steken – [47]
Toer 7: Haak een stokje in de derde lus in elke van de volgende 23 steken. Haak (2 stokjes, losse, 2 stokjes) in de lossenruimte. Haak een stokje in de derde lus in elke van de volgende 25 steken – fig. 16. [51]
Toer 8: Haak een stokje in de derde lus van elke steek tot de lossenruimte. Haak 2 stokjes, losse, 2 stokjes in de lossenruimte. Haak een stokje in de derde lus van elke steek tot einde toer [55]
Toer 9: Herhaal toer 8 – fig 17. – [59]
Toer 10: Haak een halfstokje in de derde lus van de volgende 10 steken, stokje in de derde lus van de volgende 20 steken – fig 18. (2 stokjes, lossen, 2 stokjes) in de lossenruimte. Stokje in de derde lus van de volgende 20 steken, halfstokje in de derde lus van de volgende 9 steken. – fig 19 – [63]
Toer 11: Haak een halfstokje in de derde lus van de volgende 10 steken, stokje in de derde lus van de volgende 22 steken, (2 stokjes, lossen, 2 stokjes) in de lossenruimte, stokje in de derde lus van de volgende 22 steken, halfstokje in de derde lus van de volgende 9 steken [67]
Toer 12: Haak een stokje in de derde lus van elke steek tot de lossenruimte. Haak (2 stokjes, losse, 2 stokjes) in de lossenruimte. Haak een stokje in de derde lus van elke steek tot einde toer [71]
Toer 13: Herhaal toer 12 [75]
Toer 14: Haak *een stokje in de derde lus, haak een stokje in de derde lus gevolgd door een picot*, herhaal tot de lossenruimte – fig 21. Stokje, picot in de lossenruimte, *een stokje in de derde lus, haak een stokje in de derde lus gevolgd door een picot* tot je 5 steken overhebt. Haak een half stokje in de derde lus in de volgende 3 steken, vaste in elk van de volgende 2 steken. Halve vaste in de volgende steek – fig. 23
Laat een lange draad om eventueel de capuchon aan de kap te naaien. Hecht af.
Poncho:
Toer 4: Haak een halfstokje in de derde lus in elk van de volgende 19 steken. In de volgende steek (V-tje) haak je (stokje, vaste, stokje) (eerste meerdering gemaakt). Haak een halfstokje in de derde lus in elke van de volgende 19 steken. Maak nu je tweede meerdering: haak (stokje, vaste, stokje) in de volgende steek [44]
Plaats een steekmarkeerder in elk van de lossenruimtes en in de eerste steek van de toer. Vergeet niet je steekmarkeerders te verplaatsen na elke gehaakte toer.
Toer 5: Haak een stokje in de derde lus van de volgende 20 steken tot je de lossenruimte bereikt. Haak (2 stokjes, losse, 2 stokjes) in de lossenruimte. Haak een stokje in elk van de volgende 21 steken. [48]
Toer 6: Haak een half stokje in elke steek rondom tot de eerste gemarkeerde lossenruimte. (Stokje, vaste, stokje) in de lossenruimte. Halfstokje in de derde lus van elke steek tot de tweede lossenruimte. (Stokje, vaste, stokje) in de lossenruimte. Haak een halfstokje in de derde lus van elke steek tot einde van de toer. [50]
Toer 7: Haak een stokje in de derde lus van elke steek tot de lossenruimte. (2 stokjes, losse, 2 stokjes) in de lossenruimte. Haak een stokje in de derde lus van elke steek tot de tweede lossenruimte. (2 stokjes, losse, 2 stokjes) in de lossenruimte. Haak een stokje in de derde lus van elke steek tot einde toer. [54]
Toer 8-14: Herhaal toer 7 [82]
Toer 15: Haak *een stokje in de derde lus, haak een stokje in de derde lus gevolgd door een picot*, herhaal tot de lossenruimte. (Stokje, picot, losse, stokje, picot) in de lossenruimte. Haak *een stokje in de derde lus, haak een stokje in de derde lus gevolgd door een picot*, herhaal tot de lossenruimte. Herhaal *tot* tot 5 steken over zijn. Halfstokje in de derde lus in de volgende 3 steken, vaste in de laatste twee steken. Halve vaste in de volgende steek – fig 27– [84]
Knip de daad door en hecht af.
Hecht af en werk de draadjes weg.
Capuchon (Optioneel):
Voor de capuchon in de foto hierboven heb ik Lion Brand Go For Faux Thick & Quick gebruikt voor de laatste toer van de capuchon en heb ik geen koordjes of rand gemaakt.
Toer 1: Haak 12 lossen, halfstokje in de derde losse vanaf de haaknaald. (de 2 lossen tellen als 1e steek) Halfstokje in elk van de volgende 8 lossen. 5 halfstokjes in de volgende steek – fig. 29 – draai het werk en begin aan de andere kant van de lossenketting met een halfstokje in de volgende 9 steken, halfstokje in de laatste steek (dit is de beginlosse) – fig. 30 [25]
Toer 2: Haak 2 lossen (deze telt als eerste half stokje), keer, half stokje in elk van de volgende 9 steken, – fig. 31. *2 halve stokjes in de volgende steek * herhaal 5keer – fig. 32. Halfstokje in elk van de volgende 10 steken, half stokje in de bovenkant van de keerlosse van de rij eronder. – [30]
Toer 3: Haak 2 lossen (deze telt als eerste halfstokje), keer, halfstokje in elk van de volgende 10 steken, – fig. 33. (2 halfstokjes in de volgende steek) herhaal 5 keer – fig. 34. Haak half stokje in elk van de volgende 9 steken, half stokje in de bovenkant van de keerlosse van de rij eronder. [35]
De capuchon moet ongeveer 25 cm meten van onderkant tot ronde bovenkant – fig 35.
Toer 4-12: 2 lossen, keer, halfstokje in elke steek [35]
Fig. 36-37 laat zien hoe de kap vorm krijgt na toer 7:
Nadat toer 12 klaar is, laat een lange draad over, knip garen af en naai de capuchon aan de kap. Hecht af.
Bevestigen van de capuchon en de rand maken
Zoek de middelste beginketting van de capuchon en markeer deze met een steekmarkeerder aan de onderkant – figuur 38. Zoek de beginsteek op de oorspronkelijke lossenketting van de kap. Het midden van de capuchon moet uitgelijnd zijn met het midden van de achterkant van de kap.
Tel 17 steken vanaf het midden van de achterkant van de kap aan beide kanten. Dit is waar de rand van de capuchon moet eindigen na het vastnaaien. Ik raad aan om steekmarkeerders te gebruiken om de capuchon op de randen vast te maken.
Naai met een stuk garen en een naainaald de capuchon vast in de lussen van de beginketting – figuur 39. Dit doe je door een halfstokje aan het einde van de toer op een lossenruimte aan de rand van de kap vast te naaien. Daarna naai je het volgende halfstokje aan het uiteinde van de toer van de lossenketting op de rand van de kap, herhaal dit patroon van 2 halfstokjes per 3 lossen totdat het geheel is vastgenaaid – figuur 40. Controleer of de verdeling van de kap op de capuchon gelijk is aan beide kanten en werk de draad weg.
Om decoratieve koordjes en versieringen aan de capuchon toe te voegen, haak je 30-35 lossen (of ongeveer 50cm in lengte). Haak halve vasten terug op de lossenketting – fig 41. Aan de rand van de capuchon, haak je een halve vaste om het koord te bevestigen – fig 42.
Begin met een halve vaste op de bovenste rij van de capuchon, haak niet te strak. – fig. 43. Zodra je de andere rand van de capuchon bereikt, haak je weer een lossenketting van dezelfde lengte als de eerste en haak je halve vasten terug op de lossenketting om het tweede koordje af te werken. – fig. 44.
Hecht af en werk de draadjes weg.
Gelukkig was deze fotoshoot niet in de vriestemperaturen, zoals soms wel het geval is bij mijn projecten! Als je meer leuke, snelle, winterse projecten wilt maken, kijk dan even in dit lijstje:
Ik ben heel blij met dit leuke nieuwe ontwerp, onder meer omdat ik er allerlei restjes lekker dik garen mee op heb kunnen maken.
Nu ga ik relaxen, genieten – ik hoop dat jij hetzelfde kunt meemaken ❤ ❤ ❤ Zoals altijd bedankt voor je steun!
Volg mij op Social Media voor nog meer leuke haakpatronen:
Creatieve, enthousiaste en lieve Iris van Meer is het gezicht achter Een Mooi Gebaar en vertaalt, ontwerpt en deelt meer dan duizend haakpatronen met jullie op dit stukje internet.
Mijn verhaal, over hoe ik van onhandige knutselaar toch nog creatieve ondernemer ben geworden, lees je hier: Mijn Verhaal
Als je contact met Iris wil opnemen, ga je naar de contactpagina