Laarsmanchetten Haken

Wil je snel en comfortabel een paar prachtige laarsmanchetten haken? Dit zijn misschien wel de GEMAKKELIJKSTE laarsmanchetten die je ooit zult maken! Maak ze in elke gewenste maat en met elk garen met deze gratis tutorial voor het haken van laarsmanchetten.

Wat is een laarsmanchet?

Laarzenhoezen, of laarstoppers, zijn een comfortabel modeaccessoire, vergelijkbaar met beenwarmers, maar dan korter. Je draagt ​​ze onder je laarzen, waardoor ze boven de laars uitsteken. Ze geven de uitstraling van een dikke sok, maar dan zonder de bulk ín de schoen. Laarzenhoezen kunnen met bijna elk type laars worden gedragen, inclusief laarzen tot aan de kuit, enkellaarsjes en laarzen tot over de knie.

Waar zijn laarsmanchetten voor?

Laarzenmanchetten zijn niet alleen een modieus accessoire! Bij koud weer kan een dikke laarzenmanchet helpen om te voorkomen dat er koude lucht in de bovenkant van je laarzen komt. Het kan ook voorkomen dat de bovenkant van je laars tegen je been schuurt als je enkellaarsjes draagt ​​met shorts, rokken of jurken.

Ik besloot deze eenvoudig te haken laarzenmanchetten te ontwerpen nadat ik mijn veterlaarzen met een jurk droeg. De bovenkant van de laarzen schuurde tegen mijn been als ik liep, dus besloot ik een paar leuke laarzenmanchetten te maken om dat probleem op te lossen.

Hoe kun je laarsmanchetten haken voor beginners?

Veel haakpatronen voor laarzenmanchetten worden in het rond gehaakt, maar je kunt ook een rechthoek maken en deze aan elkaar naaien tot een soort buis. Deze methode is eenvoudiger en gemakkelijker voor beginners om te doen! Om de laarzenmanchet echter rekbaar en comfortabel te maken, is het het beste om een ​​haaksteekpatroon te gebruiken dat ribbels creëert.

Voor dit gratis haakpatroon voor laarzenmanchetten heb ik ervoor gekozen om het eenvoudigste type ribbels te gebruiken dat je met haken kunt maken. Deze laarzenmanchetten zijn snel en gemakkelijk te maken en ze zijn geweldige cadeaus!

Hoe haak je ribbels?

Een van de gemakkelijkste manieren om een geribbelde boord te haken, is om rijen steken alleen in de achterste lus te haken. Dit betekent dat wanneer je de haaknaald van onderaf in de steek doet, je de haaknaald alleen in de achterste lus van elke steek steekt.

Door in de achterste lussen van de steken te werken, zit de nieuwe rij een beetje achter de rij eronder. Terwijl je heen en weer werkt, wisselt deze textuur af, waardoor er een rekbare geribbelde stof ontstaat.

Ik haak een geribbelde boord het liefst met alleen vaste steken in de achterste lus, omdat dat een dichte geribbelde stof oplevert met een grote rek en elasticiteit.

In deze tutorial laten we je zien hoe je je eigen op maat gemaakte laarsomslagen kunt maken van het garen dat je wilt. Je kunt ook de specifieke instructies volgen voor de laarsmanchetten die ik heb gemaakt.

Hoe haak je laarsmanchetten die passen?

Met dit eenvoudige patroon kun je je eigen paar gehaakte laarsmanchetten maken in elke maat, met elk garen dat je hebt. Zo kun je je laarsmanchetten aanpassen zodat ze precies passen zoals jij dat wilt:

Eerst moet je kijken hoe hoog je laarzen zijn. Laarsmanchetten kunnen erg rekbaar zijn, maar het is goed om te weten hoe ver de manchetten op het been worden gedragen, zodat je ze correct kunt meten.

Als je de manchetten bijvoorbeeld met enkellaarsjes wilt dragen, kunnen ze kleiner zijn dan wanneer je ze met hogere laarzen wilt dragen. De steek die we voor de laarsmanchetten gebruiken, creëert een rekbare geribbelde stof, dus de pasvorm is vergevingsgezind, maar het is goed om te beginnen met een meting voor de meest comfortabele pasvorm.

Meet rond je kuit op de hoogte waar de bovenkant van je laarzen zal zijn als je ze draagt. Je afgewerkte laarzenmanchetten moeten tot deze maat kunnen worden uitgerekt. De lengte van je afgewerkte rechthoek, van de basiskettingrand tot de bovenste rij, moet kunnen worden uitgerekt om comfortabel om je kuit te passen op de hoogte waarop je ze wilt dragen.

Bepaal vervolgens hoe hoog je laarzenmanchetten wilt hebben. De hoogte van een laarzenmanchet is meestal ongeveer 10-15 cm. Ik geef de voorkeur aan een hoogte van 15 cm, zodat je de bovenrand naar beneden kunt vouwen.

Vervolgens kun je beginnen met het haken van je laarzenmanchet. Pak het garen dat je wilt gebruiken en kies een haaknaaldmaat die geschikt is voor de dikte van het garen. Op het garenlabel staat vaak een aanbevolen haaknaaldmaat, dus je kunt die als leidraad gebruiken. Neem een ​​haaknaaldmaat of twee groter als je strak haakt, of een haaknaaldmaat kleiner als je losjes haakt.

Deze laarsmanchet is gemaakt van een rechthoek die opzij is gedraaid, dus in plaats van dat de rijen horizontaal lopen, lopen ze omhoog en omlaag. Dit betekent dat de lengte van onze funderingsrand in feite de hoogte van de voltooide laarsmanchet zal zijn.

Begin met een basisketting die net zo lang is als de hoogte van je afgewerkte manchet. Begin vervolgens met het maken van rijen vasten in alleen de achterste lus om een ​​rekbare geribbelde stof te maken. Als je een decoratieve picotrand aan de bovenrand van je manchet wilt toevoegen, zie dan de patrooninstructies hieronder voor hoe je dat moet doen.

Blijf rijen vasten in alleen de achterste lus maken tot je werkstuk lang genoeg is om comfortabel om je kuit te strekken op de hoogte waarop je het wilt dragen. Ik raad aan om te stoppen wanneer de lengte van je werkstuk ongeveer 2,5-5 cm korter is dan de omtrek van de kuit. (Zorg ervoor dat je je het project opmeet wanneer het plat en niet uitgerekt ligt.) Dit zorgt ervoor dat de manchet comfortabel om de kuit kan strekken, zonder te los te zitten en naar beneden te glijden.

Als je klaar bent met haken, knoop je vast en laat je een staart van ongeveer 30 centimeter lang over. We gebruiken deze draadstaart later om onze manchet aan elkaar te naaien.

Herhaal deze stappen om de rechthoek voor de tweede laarsmanchet te haken. Zorg ervoor dat je hetzelfde aantal lossen gebruikt voor je tweede manchet als voor het eerste deel.

Vervolgens moeten we onze stukken blokken. Als je niet bekend bent met blokken, bekijk dan deze tutorial. Je kunt ervoor kiezen om je stukken nat te blokkeren of te stomen, afhankelijk van het type garen dat je gebruikt.

Ten slotte kunnen we onze laarsmanchetten aan elkaar naaien. Rijg voor elke manchet de lange draadstaart door je garennaald en gebruik een whipstitch om de lossenketting van de rechthoek aan de bovenste rij van de rechthoek te naaien. Wanneer je het einde van de naad bereikt, neem je nog een steek door de rand van de stof, wikkel je het naadgaren om de naald en trek je de naald erdoor om een ​​knoop te maken. Weef alle draadeindjes in om je laarsmanchetten af ​​te maken.

Makkelijkste Laarsmanchetten Haken

Niveau: makkelijk / beginner

Er zijn twee versies van het patroon: eentje is effen, de ander heeft een picot rand. Elke versie is gemaakt met een andere spanning en een ander garen, dus de gareninformatie en de afmetingen zijn gegeven onder de titel van elke versie van het patroon. Gebruik gerust het patroon als richtlijn en pas lekker aan waar jij wilt!

Afmetingen:

Instructies en garenhoeveelheden zijn gegeven voor maat XS buiten de haakjes, met S, M, L, XL in de haakjes, als volgt: XS (S, M, L, XL)

Kuit maat: 28-30 cm (33-35,5 cm, 38-41 cm, 43-45,5 cm, 48-50 cm)
Daadwerkelijke omtrek van de laarsmanchet als je ‘m niet uitrekt: 25,5 cm (30 cm, 35,5 cm, 41 cm, 45,5 cm)

Om de juiste maat te kiezen, meet je rond je kuit, waar de bovenkant van jouw laarzen zou zitten. Dan kies je bij de maat hetgeen het dichtste bij de maat past volgens de maten bij ‘kuit maat’.

Pas gerust je laarsmanchet aan als je wilt. Sommige garens zullen uit zichzelf een veel strakker of veel rekbaarder resultaat geven, dus pas aan voor wat je nodig hebt. Om de omtrek groter te maken, haak je gewoon wat extra toeren. Hoe het past, kan worden aangepast door meer of minder toeren te haken dan in het patroon staan.

Benodigdheden

• #3 gewicht DK garen (zie individuele patronen hieronder voor de hoeveelheden)
• Haaknaald maat passend bij het garen en die je nodig hebt om de spanning te bereiken
• Schaar
• Stopnaald
• Meetlint

Stekenuitleg

• Losse:
• Vaste:
• Alleen in achterste lus:

Makkelijkste Laarsmanchet (simpele versie)

Garen: Je hebt 167 meter (200 meter, 234 meter, 277 meter, 300 meter) van een #3 gewicht / DK gewicht garen voor dit project nodig. Ik gebruikte Variations DK from Laurel Hill in de kleur “Rust 113 – Burnt Amber”, 100% Superwash Australische Merino Wol, 100g per bol, 1 (1, 2, 2, 2) bollen.

Spanning: 20 vasten = 10 cm; 28 vasten in achterste lus toeren = 10 cm, gemeten terwijl je de stof niet oprekt.

Haaknaald: ik gebruikte maat 4,5 mm haaknaald. Kies een haaknaaldmaat waarmee jij de spanning bereikt

Hoogte: ongeveer 15 cm

Haakpatroon Laarsmanchetten eenvoudigste versie

Met haaknaaldmaat 4,5 mm, haak 31 lossen.

Toer 1: eerste losse overslaan, vaste in tweede losse vanaf de haaknaald. Vaste in elke losse tot einde. Je hebt nu 30 steken, de overgeslagen losse aan het begin telt niet mee.

Toer 2: 1 losse, keer om. Vaste in de achterste lus van dezelfde steek en van elke steek tot einde. Je hebt nu 30 steken, de 1 losse aan het begin telt niet mee.

Herhaal toer 2 tot je een totaal van 65 (78, 91, 104, 117) toeren hebt. Hecht af, laat een draad van 30 cm over om te naaien. Blok en naai dicht.

Makkelijkste Laarsmanchet mét Picot rand

Garen: Je hebt 125 meter (150 meter, 175 meter, 200 meter, 224 meter) van een #3 gewicht / DK garen voor dit project. Ik gebruikte Ice Yarns Cotton Bamboo Light in de kleur “Dark Cream”, 60% Bamboe / 40% Katoen, #3 Light / DK Gewicht, 100g per bol, 1 (2, 2, 2, 2) bollen. Dit garen is een beetje dikker dan sommige andere DK gewicht garen. Ik denk dat het meer een light worsted gewicht garen is.

Haaknaald: Ik gebruikte 5 mm haaknaald. Kies een haaknaald die past bij je materiaal en je spanning voor dit patroon.

Spanning: 24 vasten = 12,5 cm, 20 vasten in achterste lus toeren = ongeveer 10,2 cm als je het haakwerk niet oprekt.

Hoogte: 14 cm hoog

Haakpatroon Makkelijkste Laarsmanchet mét Picot rand

Met haaknaaldmaat 5 mm, 25 lossen

Toer 1: eerste losse overslaan, vaste in tweede losse vanaf de haaknaald. Vaste in elke steek. Je hebt nu 24 steken, de overgeslagen losse telt niet mee

Toer 2: 3 lossen, keer om. 2 lossen overslaan, halve vaste in derde losse vanaf de haaknaald. Vaste in achterste lus van eerste vaste in de toer eronder. Vaste in achterste lus van elke steek. Je hebt nu een picot aan het begin van de toer, en 24 vasten.

Toer 3: 1 losse, keer om. Vaste in achterste lus van dezelfde steek en achterste lus van de volgende 23 steken. Je hebt nu 24 steken, de eerste losse telt niet mee.

Herhaal toer 2-3 tot je een totaal van 50 (60, 70, 80, 90) toeren hebt, eindigend met een toer 2 herhaling. Hecht af, laat een draad van 30 cm over. Blok en naai om ‘m af te maken.

---

Blokken

Voor natuurlijke vezels, pin je je project op schuimblokken. Spray het met water tot het doorweekt is, laat het helemaal drogen

OF

voor acryl vezels, pin je project vast op een strijkplank of lagen handdoek. Houd een strijkijzer 5-10 cm boven de stof, zorg dat het helemaal doordrongen is door stoom. Laat drogen/afkoelen.

Naad

Voor elke laarsmanchet, leg het plat neer zodat de toeren verticaal lopen. Neem de lange draad in je stopnaald. Vouw de korte kanten op elkaar. Begin waar je draad zit, naai de laatste toer aan de lossenketting. Als je bij het einde van je naad bent, zet je het draadje vast en knip je alle draadjes af.

Geniet van je prachtige laarmanchetten!

This pattern is intended for your personal use only. You may not share it, copy it, sell it, give it away, or mass-produce the finished product. However, you may sell the finished items on a small scale, as long as you convey in your item description that you used a Yay For Yarn pattern.

Yay For Yarn Copyright© 2023 – Current. All patterns and photos are owned by Yay For Yarn.

Delen is lief!