De bloksteek staat ook bekend als de strooisteek. Het is weer een leuke steek voor iedereen die net is begonnen met haken. Het is wel handig als je al een losse, vaste en stokje kunt haken.
In het Engels wordt deze steek de block stitch genoemd.
Met deze steek kan je leuk spelen met kleuren, waardoor de steek toch steeds een ander effect krijgt.
Mocht je met 2 kleuren gaan werken, zoals de bovenkant van mijn proeflapje, dan heb ik onder de uitleg van de basissteek nog een leuk trucje voor je. Dat gaat je heel veel draadjes wegwerken schelen. Tenslotte zijn er weinig haak(st)ers die dat leuk vinden.
Stekenuitleg
Je moet een aantal basissteken onder de knie hebben voor de Bloksteek: de losse, het stokje, de vaste. Klik op een foto hieronder om naar de uitgebreide tutorial voor die steek te gaan.
Hulp nodig?
Heb je hulp nodig? Meld je aan bij de gratis Een Mooi Gebaar groepspagina op Facebook en krijg hulp van meer dan 10.000 andere lieve haaksters!
Materialen
Je kunt de Bloksteek met allerlei verschillende materialen maken. Als je het van heel pluizig garen haakt, valt het resultaat wel een beetje weg. Probeer wel garens van dezelfde dikte te gebruiken bij het haken van de bloksteek.
Je hebt uiteraard ook een haaknaald in de goede passende maat nodig, een stopnaald voor de draadjes en een schaar.
Mijn proeflapje heb ik gehaakt met Lang Yarn Merino 120 (50 gr/120 m) en haaknaald 4,5 mm. Ik heb een lossenketting van 39+1 gemaakt en in totaal 19 toeren gehaakt. Mijn proeflapje is 17 cm lang, 14 cm hoog en weegt 18 gram.
Hoe haak je de bloksteek?
Het aantal steken wat je nodig hebt is deelbaar door 3+1.
Toer 1: Maak een lossenketting die deelbaar is door 3+1, haak een stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald, stokje in elke volgende losse. Of zet al hakend stokjes op (uitgebreide tutorial daarvoor vind je hier).
Toer 2: Losse, keer je werk, vaste in het eerste stokje, *2 lossen, sla 3 stokjes over, vasten tussen het 3e en 4e stokje *, herhaal *tot* tot je 3 stokjes en de keerlossen overhoudt, 2 losse, vaste in bovenste keerlosse.
Toer 3: 3 lossen, keer je werk, *3 stokjes in de lossenruimte*, herhaal *tot* tot laatste lossenruimte. Stokje in de bovenste keerlosse.
Toer 4 etc: Herhaal toer 2 en 3 totdat je de gewenste lengte bereikt hebt.
Trucje wanneer je met 2 kleuren werkt
Laten we voor het gemak de toer met stokjes de basiskleur noemen.
Trucje toer 1: Haak toer 1 gewoon zoals beschreven. Trek een lange lus of doe een steekmarkeerder in de lus.
Trucje toer 2: Keer je werk NIET! Hecht met een halve vaste de nieuwe kleur aan in de bovenste keerlosse van de vorige toer, vaste tussen de keerlosse en eerste stokje, *2 losse, vaste tussen 3e en 4e * Herhaal * tot * tot je nog 4 stokjes over hebt, 2 losse, vaste tussen de laatste 2 stokjes.
Trucje toer 3: Volg onderstaande stappen.
Trucje toer 4: Keer je werk NIET, ga terug naar het begin van toer 3. We gaan de draad oppakken door de 3e keerlossen van de vorige toer, zoals aangegeven door de stopnaald.
Haak een halve vaste.
Haak een vaste tussen de keerlossen en het eerste stokje, net zoals bij trucje toer 2 stap 3 en 4.
Volg verder de stappen van trucje toer 2.
Andere stekenpatronen
Creatieve, enthousiaste en lieve Iris van Meer is het gezicht achter Een Mooi Gebaar en vertaalt, ontwerpt en deelt meer dan duizend haakpatronen met jullie op dit stukje internet.
Mijn verhaal, over hoe ik van onhandige knutselaar toch nog creatieve ondernemer ben geworden, lees je hier: Mijn Verhaal
Als je contact met Iris wil opnemen, ga je naar de contactpagina