Slipstream rand

Attic24 – Woodland CAL – Slipstream Rand

Deze rand is bedacht voor de Woodland deken, maar kan ook voor andere dekens prachtig werken. Het patroon is geschreven door Lucy van Attic24.

Dit patroon bestaat uit 4 simpele toeren, die samen een hele strakke rand vormen.

Bij deze deken wilde ik een mooie golvende boven- en onderkant behouden en ze niet recht trekken. Deze rand is dan ook ontworpen om de natuurlijke bochtjes in het haakwerk te volgen, maar de rand kan ook om een standaard rechte deken gebruikt worden.

De Slipstream rand werkt vooral goed voor dekens met veel rek, omdat deze rand een duidelijke, stevige band vormt, zodat je deken niet uit kan rekken wanneer je kinderen/huisdieren/partners de deken gaan gebruiken.

Weet je nog dat je de deken begonnen bent met Lime garen? De eerste toer van de deken is ook onderdeel van de rand, dus als je vier kleuren kiest is Lime je startkleur.

Je moet nog drie kleuren selecteren naast Lime – kies je laatste kleur zorgvuldig, deze heeft de meeste impact. Ik heb Lime, Spice, Gold en Tomato gekozen. Tomato is behoorlijk heftig om mee te eindigen (en ik denk dat het resultaat fantastisch is!), maar voel je vrij om een andere kleur of volgorde aan te houden.

Als je deze rand gebruikt om je Woodland Ripple deken af te maken, heb je ongeveer 10 a 12 gram garen van elke kleur nodig. 

HAAKNAALDMAAT

De eerste toer van de rand haak je in vasten en moet met dezelfde maat haaknaald gemaakt worden als waarmee je de strepen gehaakt hebt.

De tweede, derde en vierde toeren worden in halve vasten gehaakt. Ik raad je aan om een haaknaald groter te gebruiken in deze toeren. Voor deze rand zou ik een hele maat omhoog gaan.

LET OP: Zorg ervoor dat al je uiteindjes weggewerkt zijn voordat je aan de rand begint. 

TOER 1: Gebruik Lime garen.

Begin aan de rechterbovenkant van de deken (de plek waar je de laatste streep hebt afgehecht), steek je naald door de eerste steek en trek een lusje van je nieuwe draad op.

Let op: je werkt door beide lussen van de steek voor deze toer.

2 lossen (telt als vaste).

1 vaste in elke steek langs de bovenkant van de deken.

Om de hoek om te gaan, werk je om de stam van de vaste aan het einde van de bovenste riplle toer. Dit betekent dat je de haaknaald in de ruimte tussen de laatste vaste en de steek ervoor steekt.

1 vaste om de stam van de laatste vaste, 2 lossen, 1 vaste in dezelfde ruimte (zie foto hierboven).

Je werkt nu langs de linkerzijde van de deken van boven naar beneden. Je werkt om de stam van de steken. Steek je naald door het gat onder de stam van de steek, zoals de naald in bovenstaande foto aangeeft.

2 vasten aan het einde van de stokjestoer (zie boven).

Je volgende steek gaat om de stam van de vaste aan het einde van de volgende ripple toer (zie foto boven, de naald).

1 vaste aan het eind van elke vastentoer.

*2 vasten in het eind van de volgende stokjestoer, 1 vaste in het eind van de volgende vastentoer.* Herhaal vna * tot *, 3 vasten aan het einde van elke kleur streep, helemaal van boven naar onder.

Je rand kan hier een beetje golven of rommelig eruit zien, maak je daar geen zorgen over, dat kot goed in de volgende toeren.

De laatste vaste van deze zijde gaat om de stam van de stokjestoer heen (zie naald in foto boven).

Je haakt nu weer vast aan de eerste vastentoer die je maakte in de lossenketting helemaal aan het begin van de deken.

1 vaste in de stam van de steek aan het einde van de Lime dekenrij.

2 lossen.

Halve vaste in het einde van de opzetrij (zie foto boven) om de hoek af te maken. Hecht af.

Het kan zijn dat de hoek niet echt hoekig of netjes is, maar maak je geen zorgen! De eerste toer van welke rand dan ook is vaak een beetje rommelig, maar dat komt echt goed.

En dan gaan we nu naar de laatste zijde van deze toer – je werkt nu aan de rechterkant van de deken van beneden naar boven.

Steek je haaknaald onder de laatste lus van de lossenketting/opzetrij en trek een lusje op. 2 lossen, vaste in het einde van de lossenketting/opzetrij om een klein hoekje te maken – je hebt mijn toestemming om even te kijken wat voor jou werkt, het is niet makkelijk om het einde van de opzetrij precies te vinden.

Nu doe je weer hetzelfde als voor de andere lange zijde, je steekt je naald ook steek weer om de stam van de laatste steek van elke toer.

*Haak 2 vasten aan het eind van elke stokjestoer. Haak 1 vaste in het eind van elke vastentoer*.

Herhaal van * tot *, 3 vasten in het eind van elke kleur streep, helemaal naar boven.

Het kan zijn dat je wat meer moet vechten om je naald in de uiteinden te krijgen, omdat je hier al je draadjes netjes hebt weggewerkt. Neem de tijd en probeer je spanning gelijk te houden.

Als je helemaal bovenaan in de lucht bent aangekomen, haak je een vaste in dezelfde steek als waar je twee beginlossen inzaten (zie foto boven).

2 lossen.

Halve vaste in tweede beginlosse om hoek af te ronden.

Wat zul je opgelucht zijn dat deze toer klaar is, niet?

De volgende drie toeren worden allemaal gehaakt met halve vasten in alleen de achterste lus.

Let op: Het is moeilijk om een normale spanning te behouden als je halve vasten haakt, omdat je de neiging hebt om ze te strak aan te trekken. Ik kan je adviseren om een halve of hele haaknaald groter te nemen, zeker als je van jezelf weet dat je strak haakt. Als je een halve zijde gehaakt hebt, trek je deken dan even plat op de grond of een bed en kijk of je rand plat blijft liggen. Een beetje trekken is normaal en kan gefixt worden met blokken, maar als de ripple toeren worden samengetrokken door de rand, moet je een grotere haaknaald voor de overige toeren van de rand gebruiken.

Toer 2: Gebruik Spice garen.

Begin in de rechter benedenhoek. Je werkt alleen in de achterste lussen.

Steek je naald door de achterste lus van de eerste steek en haal een lusje op van je nieuwe kleur.

Halve vaste door de achterste lus van de volgende steek (zie naald boven).

Halve vaste door achterste lus van elke steek langs de hele lange zijde van de deken…

….zorg ervoor dat je spanning gelijk blijft en eerder te los dan te strak is. Zorg ervoor dat je ripples niet worden samengetrokken.

Je halve vasten vormen een super strakke rand aan de voorkant van de deken….

……en een strakke lijn steken aan de achterzijde. Het is een hele stevige rij haakwerk, bedoelt om je deken in vorm te houden bij gebruik, omdat de Woodland Ripple behoorlijk rekt.

Als je bij de hoek bent aangekomen, ga je gewoon door met de halve vasten in de achterste lussen. Je krijgt dan een golvend hoekje. Je gebruikt dus geen extra steken om de hoek rond te komen.

Ga verder met je halve vasten, werk langs de golfkant van de deken, blijf op je spanning letten.

Ga de hoek weer op dezelfde wijze om en ga verder langs de linkerkant naar beneden.

Je werkt aan de onderzijde van de deken in de overgebleven lusjes van de lossenketting (zie foto boven).

Je volgt ook weer de golven langs de zijde…

….tot je weer bij het begin bent. Je gaat nu onzichtbaar afhechten.

Na de laatste halve vaste knip je de draad op ongeveer 20 centimeter af. Trek de draad door. Doe de draad door een stopnaald en trek de laatste halve vaste niet te strak aan.

Steek de stopnaald onder beide lusjes van de eerste steek die je deze toer maakte heen. (Zie foto boven).

Steek nu de naald door de achterste lus van de laatste halve vaste die je gemaakt hebt. Trek zachtjes aan tot je steek ongeveer even groot is als de andere steken.

Ta-dah! Is dat onzichtbaar genoeg? Hecht je draadjes af aan de achterkant van de deken.

Toer 3: Gebruik Goud garen.

Begin in de rechteronderhoek, je werkt weer in alleen de achterste lussen.

Steek je naald onder de achterste lus van de eerste steek en trek een lusje op van de nieuwe kleur.

Halve vaste in de achterste lus van de volgende steek (zie foto boven).

Halve vaste in achterste lus van elke steek rondom. Let op je spanning.

Je hoeken en golfjes behoefen geen extra steken, al kunnen de hoeken lichtjes krullen. Dit kun je oplossen met stoomblokken, maak je daar nu geen zorgen over.

Als je weer bij het begin bent, gebruik je de onzichtbaar afhechten methode om de toer te sluiten. Hecht de draadjes af.

Toer 4: Gebruik Tomato garen.

Begin in de rechteronderhoek, werk weer in alleen de achterste lussen.

Steek de naald door de achterste lus van de eerste steek en trek de nieuwe kleur op.

Halve vaste in de achterste lus van elke steek van de rand van de deken.

Ik HOU van deze laatste toer, de halve vasten zijn zo prachtig om naar te kijken en zorgen voor zo’n strakke finish!

Toer 4 herhaalt toer 3, hecht weer af met een onzichtbare afhechting en werk de allerlaatste draadjes weg.

Bovenstaande foto is hoe je werk er nu van de goede kant van de deken uit zou moeten zien.

De achterkant ziet er iets anders uit: rechte strepen in plaats van lossen, maar desalnietemin ook strak.

Blokken

De rand knapt echt op van een beetje blokken, zeker als de hoekjes golven of als je rechte kanten een beetje trekken.

Gebruik een stoomstrijkijzer op laagste stand en zorg dat DE STRIJKIJZER NOOIT HET HAAKWERK RAAKT! Je houdt de strijkijzer een paar centimeter boven de oppervlakte en puft stoom langs de steken – het gaat om warmte en vocht, niet om druk of contact met het haakwerk.

Werk rondom de rand van de deken, doe steeds een klein stukje. Je hoeft geen spelden te gebruiken, strijk het gewoon glad met je hand voordat je stoomt.

Wees voorzichtig met de stoom – ookal staat ie in de laagste stand, stoom is heet.

Je deken is nu klaar om in gebruik genomen te worden – geniet ervan!

Stuur je me nog een foto van je deken op Facebook?

Handige Links – Woodland

{WOODLAND BLANKET GARENPAKKET}
{WOODLAND RIPPLE PATROON}
{WOODLAND CAL Deel 1 : strepen 1 – 18 } 
{WOODLAND CAL Deel 2 : strepen 19 – 36 }
{WOODLAND CAL Deel 3 : strepen 37 – 54 } 
{WOODLAND CAL Deel 4 : strepen 55 – 72 } 
{WOODLAND CAL Deel 5 : strepen 73 – 90 } 
{WOODLAND CAL Deel 6 : strepen 91 – 105 } 
{WOODLAND CAL DEEL 7: de rand}

Delen is lief!