Hoe haak je een koord?
Morale Fiber is de artiestennaam van Regina Weiss en zij maakt allerlei hele toffe creatieve projecten. In deze tutorial leer je hoe je een koord kunt haken, op vijf verschillende manieren. Klik hier voor een overzicht van alle Morale Fiber patronen.
Als je graag verschillende dingen haakt of breit, is er een kans dat je ooit iets tegenkomt waarbij je een touwtje, draadje of riem nodig hebt. Breisters kunnen een I-cord breien, een prachtige en glad uitziend koordje dat je kunt maken door een paar steken te haken zonder te keren. Je kunt ook een I-cord haken, maar ik hou er niet zo van.
Meestal pas ik in mijn patronen gewoon een simpele lossenketting toe, een rijtje vasten of het al hakend vasten opzetten. Ik wil ook nog wel eens de dubbele losse techniek gebruiken.
Er is nóg een optie, heel simpel en zo voor de hand liggend dat ik niet snap waarom ik het niet eerder gebruikt heb.
Een losseketting, met dan een halve vaste in elke steek!
Dit vormt een dun maar stevig koord dat mooier rond is dan andere gehaakte koord opties – perfect voor bandjes van een bikini of haltertopje (waar ik aan werkte toen ik deze simpele ontdekking deed) of eigenlijk gewoon op elke plek waar een ontwerp wat flexibel koord nodig heeft.
Hier is een kort overzicht van 5 verschillende manieren waarop je een koord kunt maken voor haakprojecten:
1. Lossenketting (chain stitch): Simpele lossen die een dunne, beweegbare, rekbare rij vormen. Je haakt in één rij, waardoor je haaknaald aan de andere kant van het koord uitkomt, waardoor je aan beide kanten een handig draadje hebt. Het is ook érg dun, waardoor het minder handig is als touwtje voor kledingstukken.
2. Al hakend vasten opzetten (Foundation Single Crochet): bij deze methode haak je de lossenketting en de vastentoer in één. Het is wat lastig te leren, maar er bestaan goede videos van. Een al hakend vasten opzetten start toer is dikker, maar heeft nog wel de elasticiteit van de lossenketting of van de dubbele lossen techniek. Je werkt weer in één richting, waardoor je handig aan beide kanten iets vast kunt zetten. Dit koord weegt duidelijk meer dan de andere technieken in deze foto.
3. De Dubbele Losse techniek (double chain): deze steek vormt een goed midden tussen de simpele lossenketting en de al hakend vasten opzetten methode. Er staat een duidelijke, Nederlandse, foto-tutorial van op de site. De dubbele losse heeft ook weer één richting, is lichtgewicht, is nog steeds flexibel en elastisch, maar heeft wat meer substantie dan de lossenketting (en wat minder dan de al hakend opzetten methode). Het blijft ook goed plat liggen en is dus mijn favoriete methode voor het maken van kledinglusjes en touwtjes.
4. De lossenketting met vasten erin (The Chain & Single Crochet): Dit koord haak je in twee toeren: eerst een lossenketting en dan op de “terugweg” een vaste in elke steek. Deze methode maakt een dik koord met relatief weinig elasticiteit, wat een voordeel kán zijn, afhankelijk van het doel van het koord.Ik gebruikte dit graag voor bikini en halter topjes omdat je geen garen hoeft door te knippen, je kunt het koordje aan beide kanten met halve vasten vast zetten. Maar, dit koordje is wat dikker dan…
5. De lossenketting met halve vasten erin (The Chain & Slip Stitch): Dit koordje haak je in twee toeren: eerst een lossenketting en dan in elke losse een halve vaste tot einde koord. Als je het voorzichtig doet, is het koord nog steeds licht elastisch, met een mooie ronde vorm en een nette afwerking. Het is wel erg gemakkelijk om halve vasten veel te strak te haken, dus je moet kijken dat je spanning mooi gelijk blijft, omdat je koord anders gaat krullen. Als je eenmaal door hebt hoe het moet, is dit een ideale manier van koordjes maken!