Gratis haakpatroon – Recyclen – Kussenhoes maken
Attic24 ontwerpt schitterende haakpatronen, waaronder deze kussenhoes. Op deze website vind je Nederlandse vertalingen van de Engelse haakpatronen, uiteraard altijd met toestemming.
Voor een overzicht van alle Attic24 vertalingen klik hier.
Dit is de tutorial voor mijn manier van het hergebruiken van een wollen trui om de achterkant van een kussenhoes te maken.
Ik hou van gehaakte kussenhoezen, echt! Het is een vrij eenvoudig project dat niet zoveel tijd of garen kost. Toch is het jammer om een achterkant te haken als je de voorkant al af hebt. Het kost dan voor je gevoel teveel tijd om ook de achterkant te maken. Daarom heb ik hier een alternatief: het maken van een achterkant van een kussenhoes van een oude trui. Nu maak ik al mijn kussenhoezen op deze manier.
Eerst een paar algemene opmerkingen over kussens en truien. Ik hou van ruime kussenhoezen, dus mijn kussens passen over een standaard 45 centimeter breed vierkant kussen. Ik kies liever voor met veren gevulde kussens dan met polyester gevuylde kussens omdat ik denk dat het fijnere kussens zijn. Maar dat is maar gewoon mijn bescheiden mening.
Voor een kussen van dit formaat heb je ook een trui nodig van redelijk formaat:: geen inimini wolletjes. Kijk naar UK maat 14 of groter om een kussen van dit formaat te kunnen maken. De trui hierboven had een label met maat 12/14 en dat was de perfecte maat. En, meestal kun je (niet altijd) twee kussenachterkanten maken van dit formaat trui door de mouwen én de achterkant én de voorkant te gebruiken.
Ik probeer ook natuurlijke materialen te kiezen die aansluiten bij het gehaakte stuk van de trui. Ik maakte het kussen met pure wol en zocht dus ook een trui met pure wol. Mijn katoen hoesjes hebben katoen en truien als achterkant.
Om te beginnen moet je de trui uit elkaar halen.
Snijd de armen van het lijf af en haal dan de ribbels eraf bij de nek (die kun je weggooien). Je hebt dan 4 stukken plat materiaal.
Nu heb je voor elk kussen 2 vierkanten nodig om een envelop-stijl achterkant te kunnen maken. Het grotere vierkant gaat van de achterkant/voorkant van de trui af en het kleinere vierkant van één van de mouwen.
Je achterkant moet ongeveer een centimeter of 2 groter zijn dan je haakwerk, overal rondom :: dus in dit geval voor een 45 centimeter kussen vierkant, wil je een 48-49 centimeter vierkant hebben voor de achterkant.
Begin met de voorkant of de achterkant van de trui
Gebruik de onderkant ribbels als je beginpunt en meet en knip een vierkant dat 48 cm breed is langs de onderrand en 35,5 cm hoog is, zoals op de foto hierboven.
Nu de mouw… open ‘m en knip een vierkant dat ongeveer 48 cm breed is en 20 cm hoog (of zo hoog als je ‘m kunt krijgen, afhankelijk van de breedte van de mouw), zoals in de foto hierboven.
Zorg dat je de rehte kanten boven hebt liggen, leg eerst de kleine rechthoek neer. Plaats dan je grotere rechthoek erop (met de ribbels boven), laat het zo’n 10 cm oversteken (of minder als je kleine rechthoek korter is).
Hoeveel je overlap ook is, je moet er voor zorgen dat je uiteindelijke afmeting klopt :: in dit geval dus 48 cm samen.
Speld het vast (of gebruik daar een andere manier voor), zoals boven.
De volgende stap is om ervoor te zorgen dat je minder rafels krijgt. Ik gebruik de naaimachine om een zig zag steek om alle vier de zijdes van het vierkant te maken. Op het punt waar beide lagen op elkaar liggen zigzag je door beide lagen, waardoor ze goed samen komen. Maak je niet teveel zorgen over hoe netjes het wordt… het zorgt er gewoon voor dat de wollen uiteindes niet gaan uitrafelen met de tijd, maar dit zie je verder niet.
Je naait het haakwerk met de goede zijdes van beiden tegen elkaar.
Leg de trui neer met de goede kant naar boven.
Leg je haakwerk erop met de verkeerde kant naar boven.
Speld het vast, maar laat een centimeter over langs de rand, rek het haakwerk een beetje op als dat nodig is (zie foto boven).
Nu ga je met de hand naaien:: gebruik een stopnaald en kies garen wat bij de trui kleur past. Maak het garen vast in een onderhoekje en naai dan van rechts naar links, maak kleine bovenhandse steekjes door de lus van elke gehaakte steek (zie boven).
Maak de steken zo netjes en recht als je kan, onthoud dat je het haakwerk zo’n centimeter van de zigzag rand afhoudt.
Ik probeer het woord “handgemaakt” in gedachten te houden als ik bezig ben. Het hoeft niet perfect te zijn. Zolang het ongeveer recht is en je de meeste lusjes meepakt zonder gaten er tussen zal het er prima uit zien.
Als je bij t stuk komt waar de overlap zit, moet je door beide lagen van de trui heen naaien. Naai helemaal rond de vier zijdes tot je terug bent waar je begon.
Nu kun je de hoes binnenste buiten doen, zodat de goede kanten weer naar buiten liggen. Duw de hoekjes goed naar buiten. Je kunt boven mijn genaaide steekjes wel zien, en het hoekje is een beetje rond, maar over het algemeen ziet het er goed uit.
Handgemaakt, weet je nog?
Goed, nu de knopenrij nog…
Net zoals in de foto hierboven ga je direct in de geribbelde zijde van de trui haken om deze rand te maken. Niet schrikken, het is echt eenvoudig, dat beloof ik.
Kies je garen:: ik kies altijd een contrasterende kleur, maar je kunt ook gewoon de kleur van de trui kiezen als je dat leuker vindt.
Kies je haaknaald: het is makkelijker om dit te haken met een smallere haaknaald, bijv. een 3,5 mm, omdat die wat meer puntig is aan het einde en dus makkelijker door de trui te duwen is. Het zorgt ook voor een nettere/strakkere rand als je met een kleinere haaknaaldmaat haakt.
Ikheb helaas niet goed gefotografeerd wat ik nu doe, maar hopelijk snap je het… Steek het garen door een stopnaald en ga aan de re chterkant van de geribbelde zijde, met je naald (van de buitenkant) in de naad. Keer nu je kussenhoes binnenstebuiten en trek de naald door de kussenhoes, waar je een paar kleine steekjes kuntmaken om het draaduiteinde binenn in de naad vast te maken. Als je je hoes weer goed om keert, zou het garen bij de naad uit de kussensloop moeten komen, klaar om de rand te gaan haken, zoals op de foto hbierboven.
Je haakt een toer vasten, je gebruikt de ribbels als gids voor hoe ver de steken uit elkaar moeten. Steek je haaknaald in de trui, zoals hierboven….
….sla de draad om en trek de lus door de trui heen (twee lusjes op de haaknaald). Sla de draad om en haal door beide lusjes heen. Een gewone vaste dus, niks ingewikkelds.
Blijf je vasten maken langs de rand, bij elke ruimte van de trui ribbel, zo dichtbij de rand als lukt. Houd je spanning vrij los, zodat het niet gaat trekken. Als je aan het einde bent, keer je 1 losse en draai je je werk.
Nu werk je aan de verkeerde kant, zoals boven.
Voor je aan je tweede toer begint, heb je een klein beetje wiskunde nodig om de ruimte tussen de knoopjes te berekenen. Sorry als dit ingewikkeld over komt, ik doe m’n best het goed uit te leggen.
Eerst tel je het aantal vasten dat je maakte in de eerste toer. Ik had er 55. Nu kies je hoeveel knoopjes je wilt. Ik gebruikte 6 x 18 mm knoopjes.
6 knoopjes betekent 7 ruimtes, toch? (als je je hierdoor beter voelt: ik had een papiertje nodig waarop ik dit tekende om mezelf ervan te verzekeren dat het klopte).
Dus je moet je totaal aantal steken delen door het aantal ruimtes.. In mijn geval was het 55 / 7 = 8 (naja, bijna 8, het was 7.8 en ik heb afgerond).
Met deze berekening weet ik dat ik elke 8 steken een knoopsgat nodig heb ongeveer.
Werk in de steken van de vorige toer en haak 7 vasten.
3 lossen (zoals boven), dit is je knoopsgat.
Nu sla je een steek over (de 8e steek is waar je knoopje komt), zoals hierboven.
Haak 7 vasten, *3 lossen, steek overslaan, haak 7 vasten*
Herhaal vanaf * tot *, haak langs ze zijde tot je bij het einde bent, hecht af.
Je hebt nu 6 knoopsgaten, redelijk goed verdeeld.
Om het af te maken werk je je draadje weg door de naad, net zoals je dat aan het begin gedaan hebt. Keer je hoes er even binnenste buiten voor om het goed onzichtbaar te doen.
En daar heb je het… een nette (soort van) rij van (soort van) netjes verdeelde knoopsgaten.
Gebruik nu een paar spelden en de knoopsgaten als gids en maak een rij markeerders om te laten zien waar de knoopjes opgenaaid moeten worden.
Naai de knoopjes stevig vast….
….en geniet van je uitzicht!
Yaaayyyyy!!!!!!!!!!!!!! Klaar!!
Was het de moeite waard? Vind je je kussensloop gaaf geworden?
Nu kun je je kussen in de hoes doen, de knoopjes dichtknopen en lekker van je kussen genieten!
Ps… Een kleine opmerking over een golf kussen… die kun je namelijk niet op dezelfde manier naaien als ik beschreven heb. Toen ik mijn ripple kussen maakte, plaatste ik simpelweg de goede kanten op elkaar en naaide ik met de machine helemaal rondom. Ik zorgde dat de naaisteken zo dicht mogelijk langs de rand van het haakwerk lagen als ik kon. Aan de twee golfzijdes, naai je over een rechte lijn en negeer je de golfjes, snap je?? Als je er niet uit komt, deel dan vooral je vraag in de leuke Een Mooi Gebaar Facebook groepspagina, link vind je hieronder:
Is het leuk geworden?
Deel je resultaat vooral in de gezellige, sociale, behulpzame Facebook groepspagina!
Klik Hier
Creatieve, enthousiaste en lieve Iris van Meer is het gezicht achter Een Mooi Gebaar en vertaalt, ontwerpt en deelt meer dan duizend haakpatronen met jullie op dit stukje internet.
Mijn verhaal, over hoe ik van onhandige knutselaar toch nog creatieve ondernemer ben geworden, lees je hier: Mijn Verhaal
Als je contact met Iris wil opnemen, ga je naar de contactpagina