Celtic Lace Mini en Junior

In deze blogpost worden twee, veel op elkaar lijkende, manieren van vierkanten aan elkaar haken getoond. De patronen zijn ontworpen door CypressTextiles, van wie deze blog oorspronkelijk is. De patronen zijn hier, uiteraard met toestemming, voor jullie naar het Nederlands vertaald. Deze manier van aan-elkaar-haken wordt onder andere gebruikt voor de Vibrant Vintage CAL en de Vibrant Vintage CAL Reboot.


Deze mooie naden worden bijvoorbeeld mooi met de volgende garens. De links zijn affiliate links, wat wil zeggen dat de oorspronkelijke maakster van dit patroon een kleine bijdrage krijgt als je via de link besteld:

Als je deze aan-elkaar-zet-methode gebruikt voor de VVCAL, zorg dan dat je ze eerst een randje stokjes hebt gegeven. In de foto’s hieronder heb ik dat in lichtoranje gedaan. In de hoeken kun je bijvoorbeeld 5 stokjes gebruiken, of (2 stokjes, 1 losse, 2 stokjes), dat maakt niet uit voor de aan-elkaar-zet-methode.

In deze foto-tutorial zie je 4 keer 4 dus 16 vierkanten.

Oké, ik ga beginnen met donkeroranje om de vierkanten aan elkaar te zetten. Er zijn twee methodes in deze tutorial: de Celtic Lace Mini (in donkeroranje) en de Celtic Lace Junior (foto eronder, in het blauw). Beide methodes worden nu uitgelegd.

Celtic Lace Mini 

(heel geschikt voor kleinere vierkantjes)

Toer 1, motief 1

Toer 1: Hecht garen met een halve vaste aan in een willekeurige hoek. 3 vasten in de hoek. Vaste in elke steek, met steeds 3 vasten in de hoeken. Halve vaste in eerste vaste om toer te sluiten.

Toer 2: In de hoekvaste: (vaste, 4 lossen, 3 dubbelstokjes). **(3 vasten overslaan, (2 stokjes, 1 losse, 2 stokjes) in volgende steek) 6 keer, 3 vasten overslaan, (3 dubbelstokjes, 2 lossen, 3dubbelstokjes) in volgende vaste om hoek  te maken. Herhaal vanaf ** nog 3 keer, laatste hoek overslaan in laatste herhaling. 2 dubbelstokjes in eerste steek om hoek af te maken. Halve vaste in tweede beginlosse om toer te sluiten.

Toer 3: [In hoekruimte: (vaste, 5 lossen, vaste), (5 lossen, vaste in volgende lossenruimte) 6 keer, 5 lossen] 4 keer, halve vaste in eerste vaste. Hecht af en werk draadjes weg.

Toer 1, Motief 2-4 (vastzetten aan één zijde)

Toer 1 en 2: zoals voor motief 1.

Let op: voor toer 3 gebruik je de platte vlecht as you go methode, die hier nu wordt uitgelegd.

Toer 3: werk 1 zijde van het vierkant tot de eerste 2 lossen van de tweede hoek (zie onderstaande foto).

Leg je vierkanten naast elkaar zodat je de volgende zijde aan elkaar kunt haken.

Voor de derde losse van je 5-lossenruimte, gebruik je de PLT methode: haal de naald uit de lus, steek de naald door de overeenkomstige lus op het complete motief (motief 1), haal het lusje naar voren door de lossenruimte heen.

Haak dan je derde losse, zodat de losse de hoekruimte vastzet.

2 lossen. Nu is je 5-lossenruimte compleet. De volgende 3 foto’s laten dit proces zien.

Vaste in dezelfde hoekruimte om hoek af te maken. Herhaal het vastzet proces voor de volgende 6 5-lossenruimtes.

Voor de derde hoek, (vaste, 5 lossen, vaste). Zoals je hieronder ziet heb ik de derde hoek niet vastgezet, omdat ie aan de “binnenkant” van de deken zit, in plaats van aan de rand. De tweede hoek is wel vastgehaakt aan de overeenkomstige ruimte op het andere vierkant, omdat deze aan de buitenkant van de deken ligt.  Je haakt de overgbleven hoeken vast in de tweede rij vierkanten.

Ga door met het motief tot je bij het begin bent, halve vaste in eerste steek, hecht af. Werk de draadjes weg.

Herhaal dit voor alle vierkanten in deze rij. Ik heb in dit voorbeeld 4 vierkanten. Zie dat de hoeken langs de bovenkant aan elkaar zitten, maar de onderste niet.

Toer 2, Motief 5 (haak één kant vast) 

Toer 1 en 2: haak zoals voor motief 1

Toer 3: werk één zijde tot de 2 lossen van de tweede hoekruimte, zoals in onderstaande foto.

Maak de diagonale hoeken aan elkaar zoals normaal, zie foto beneden.

Ga op deze manier verder met het vierkant tot je weer bij het begin bent, hecht af en werk de draadjes weg.

Toer 2, motief 6-8 (hecht aan 2 zijdes aan)

Toer 3: werk één zijde, haak de tweede hoek diagonaal aan de diagonale ruimte, net als bij motief 5.

Haak de tweede zijde vast, haak de derde hoek vast aan de “losse” ruimte van motief 1.

Haak de derde zijde vast, maar nog niet de vierde hoek. Werk door tot beginsteek, halve vaste, hecht af en werk de draadjes weg.

Nu kun je zien dat alle hoeken aan elkaar zitten, deze prachtige X is een geweldig detail van deze aan-elkaar-zet-methode.

Werk voor alle motieven op deze manier verder. De hoeken op de randen zet je aan elkaar, de hoeken in het midden van de deken maak je zo’n X mee.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Celtic Lace Junior

Toer 1: werk zoals voor de Celtic Lace Mini.

Toer 2: [(Vaste, 3 lossen, vaste) in hoeksteek om hoek te maken, (3 lossen, 3 overslaan, vaste in volgende steek) 6 keer, 3 lossen] 4 keer, halve vaste in eerste vaste.

Toer 3: in de eerste hoekruimte: (vaste, 4 lossen, 3 dubbelestokjes), [(2 stokjes, 1 losse, 2 stokjes) in volgende 7 ruimtes, (3 dubbelestokjes, 2 lossen, 3 dubbelestokjes) in volgende lossenruimte om hoek te maken] 4 keer, laatste hoek overslaan, 2 dubbelstokjes in eerste steek om hoek af te maken. Halve vaste in tweede losse.



Toer 4: [(Vaste, 5 lossen, vaste) in lossenruimte om hoek te maken, (5 lossen, vaste) in volgende hoekruimte) 7 keer, 5 lossen] 4 keer, halve vaste in eerste vaste, hecht af en werk de draadjes weg.

Werk voor alle overige motieven de Celtic Lace Mini, waarbij je toer 4 vastzet.

Hier zie je de Celtic Lace Junior in actie!!